第二十五课 业余爱好
241. in het weekend, in de week
243. druk hebben 表示的是工作忙 ,druk zijn 表示的运动多,说得多,所以很忙
de · druk1 [drukken]
1 de kracht die op een vlak werkt ¨ hoe verder je onder water gaat, hoe groter de druk wordt
2 de dwingende vraag om iets te doen ¨ de druk op de regering om maatregelen te nemen werd steeds groter
iemand onder druk zetten: iemand proberen tot iets te dwingen ¨
hij werd onder druk gezet door de regering
onder druk staan: gedwongen zijn om snel te gebeuren of snel te handelen ¨ de planning staat enorm onder druk
3 de keer dat een boek gedrukt (bet. 3) wordt ¨ de derde druk van het boek ligt volgende week in de winkel
· druk2 [bijvoeglijk naamwoord]
1 mensen die druk zijn, bewegen veel en praten veel « rustig ¨ de kinderen zijn zo druk dat we zelf nauwelijks kunnen eten
2 iemand die het druk heeft, heeft veel werk te doen « rustig ¨ zij heeft het steeds erg druk op haar werk
3 als het ergens druk is, zijn er veel mensen « rustig ¨ het was vandaag ontzettend druk op de weg
· druk·ken [drukte, heeft gedrukt]
1 kracht zetten op iets = duwen [iemand drukt iets in, op, door, tegen iets] ¨ ze drukte haar hoofd in het kussen
2 met een vinger kracht zetten op iets = duwen [iemand drukt op iets] ¨ hij drukte op een knop van de computer
3 met een machine tekst en plaatjes op papier zetten [iemand drukt een boek, een krant enz.] ¨ het is een Nederlands boek, maar het wordt gedrukt in Frankrijk
4 vaste stof uit je lichaam in de wc laten gaan = poepen [iemand drukt]
· vrij1 [bijvoeglijk naamwoord]
1 een vrije persoon of een vrij dier is niet beperkt in wat hij kan doen ¨ de man zat zes jaar in de gevangenis, maar nu is hij vrij ¨ hij vluchtte uit zijn land omdat hij vrij wilde zijn
2 een plaats die vrij is, is niet in gebruik « bezet ¨ de wc is vrij
3 iemand die vrij is of heeft, hoeft niet te werken of hoeft niet naar school ¨ Herman is altijd op woensdag vrij
vrije tijd: tijd waarin je niet hoeft te werken
4 een vrije school (in België): een school die niet door de overheid is opgericht, maar door mensen met een bepaald doel, bijv. om christelijk onderwijs te geven
· vrij2 [bijwoord]
behoorlijk = tamelijk ¨ ik heb nog vrij veel te doen 英文 pretty,quite,rather的意思
vrij·en [vrijde, heeft gevrijd, of vree, heeft gevreeën]
kussen en seksueel contact hebben [iemand vrijt (met iemand)]
244. naar de televisie kijken 有兴趣注意力集中的看 de televisie kijken 浏览的看
246. viool(de) 小提琴
250. houden van 喜欢做某事,注意过去式和过去分词的变化
hou·den van [hield van, heeft gehouden van]
1 liefde voelen voor iemand of iets [iemand houdt van iemand of iets] ¨ het meisje houdt veel van haar oma
2 lekker vinden = lusten [iemand houdt van iets] ¨ hij houdt niet van kaas
[ 本帖最后由 mandyfervor 于 2010-3-7 00:59 编辑 ] |