荷乐网下载手机App | 客服热线:0031(0)104133904
荷兰语影视常用句子
1. Algemene zinnen - Common phrases
Hallo! Hoe gaat het?
你好!你好吗?
Goedemorgen / Goedemiddag / Goedenavond.
早上好 / 下午好 / 晚上好。
Wat ben je aan het doen?
你在做什么?
Ik snap het niet.
我不明白。
Kan je dat herhalen, alsjeblieft?
你可以再重复一遍吗?
Dat klopt. / Dat is niet waar.
那是对的。/ 那不是真的。
Waar is... (de winkel / het toilet)?
……(商店/洗手间)在哪儿?
Laten we gaan!
我们走吧!
Wat leuk!
真好!
Ik weet het niet. / Ik weet het wel.
我不知道。/ 我知道。

2. Familie, Vrienden en Sociale Situaties
Wat leuk om jou hier te zien!
在这里见到你真好!
Wil je dit weekend samen wat drinken?
你周末想一起喝一杯吗?
Hij is al jaren mijn beste vriend.
他是我多年的好朋友。
Heb je tijd om af te spreken?
你有时间见面吗?
Wat gezellig was het vanavond!
今晚真的太愉快了!
Ik heb een hele leuke groep vrienden.
我有一群很好的朋友。
We moeten snel weer afspreken.
我们得尽快再约一次。
Bedankt voor je hulp, ik waardeer het echt.
谢谢你的帮助,我真的很感激。
Kom binnen en voel je thuis.
请进,把这里当自己家。
Zullen we samen uit eten gaan?
我们一起出去吃饭吧?
Hoe gaat het met je familie?
你的家人怎么样?
Dit is mijn vriend/vriendin.
这是我的男朋友/女朋友。
Ik hou van jou.
我爱你。
Hoe laat kom je thuis?
你几点回家?
We gaan vanavond samen eten.
我们今晚一起吃饭。
Dat is mijn broer/zus.
那是我的兄弟/姐妹。
Heeft hij/zij kinderen?
他/她有孩子吗?
Mijn ouders zijn op bezoek.
我的父母来拜访。
Ik mis je.
我想你了。
Het is gezellig!
这很温馨/愉快!

3. Werk en School - Work and school
Wat voor werk doe je?
你是做什么工作的?
Ik ben aan het studeren.
我正在学习。
Ik heb het druk.
我很忙。
Wanneer begint de vergadering?
会议什么时候开始?
Ik ben te laat.
我迟到了。
Hij/zij is mijn collega.
他/她是我的同事。
Ik heb mijn examen gehaald.
我通过了考试。
Ik moet vandaag werken.
我今天要工作。
Wat studeer je?
你学什么专业?
Laten we een pauze nemen.
我们休息一下吧。

4. Winkelen en Boodschappen - Shopping and errands
Hoeveel kost dit?
这个多少钱?
Ik wil dit graag kopen.
我想买这个。
Heeft u dit in een andere maat/kleur?
这个有别的尺寸/颜色吗?
Waar is de kassa?
收银台在哪里?
Kan ik pinnen? / Kan ik contant betalen?
我可以刷卡吗?/ 我可以付现金吗?
Dat is te duur.
那太贵了。
Heeft u korting?
有折扣吗?
Ik ben alleen aan het kijken.
我只是看看。
Ik heb een tasje nodig.
我需要一个袋子。
Kunt u mij helpen, alstublieft?
请问您能帮我吗?

5. Tijd en Datum - Time and date
Hoe laat is het?
现在几点了?
Het is vandaag maandag/dinsdag/woensdag...
今天是星期一/星期二/星期三……
Ik heb een afspraak om 10:00 uur.
我在10点有个预约。
Welke datum is het vandaag?
今天几号?
Het is bijna weekend.
快到周末了。
Hoe lang duurt het?
要多久?
Over een paar minuten ben ik klaar.
我再过几分钟就好。
Wanneer vertrekken we?
我们什么时候出发?
Ik ben gisteren aangekomen.
我是昨天到的。
Tot straks / Tot morgen.
一会儿见 / 明天见。

6. Reizen en Vervoer - Travel and transportation
Waar is het station?
车站在哪里?
Ik wil graag een kaartje naar Amsterdam.
我想要一张去阿姆斯特丹的票。
Hoe laat vertrekt de trein/bus?
火车/公交车几点出发?
Ik ben verdwaald.
我迷路了。
Ik moet overstappen.
我要换乘。
Hoe kom ik daar?
我怎么去那里?
Rijdt deze bus naar het centrum?
这辆公交车去市中心吗?
De vlucht is vertraagd.
航班延误了。
Ik ben op vakantie.
我在度假。
Is er hier een taxi beschikbaar?
这里有出租车吗?
7. Eten en Drinken - Food and drinks
Ik heb honger.
我饿了。
Wat wil je eten?
你想吃什么?
Ik wil graag een glas water.
我想要一杯水。
De rekening, alstublieft.
请结账。
Dit smaakt heerlijk!
这个很好吃!
Mag ik het menu zien?
我可以看一下菜单吗?
Heeft u iets vegetarisch?
你们有素食的东西吗?
Ik hou van koffie met melk.
我喜欢加牛奶的咖啡。
Wat is het dagmenu?
今天的特餐是什么?
Ik heb dorst.
我渴了。
Laten we uit eten gaan.
我们出去吃饭吧。
Ik wil graag nog wat bestellen.
我还想再点一些东西。
Ik lust geen vis.
我不喜欢鱼。
Is dit pittig?
这个辣吗?
Hoe smaakt het?
味道怎么样?
Nog een drankje, alstublieft.
请再来一杯饮料。
Dat is genoeg voor mij.
对我来说,够了。
Smakelijk eten!
祝你吃得开心!
Heb je al gegeten?
你吃过了吗?
Dit is te zoet voor mij.
这个对我来说太甜了。

8. Gezondheid en Lichaam - Health and body
Ik voel me niet zo goed.
我感觉不太舒服。
Ik ben ziek.
我生病了。
Heeft u een dokter nodig?
你需要医生吗?
Ik heb hoofdpijn.
我头痛。
Ik ben moe.
我累了。
Neem wat rust.
休息一下吧。
Ik moet naar het ziekenhuis.
我得去医院。
Bent u allergisch voor iets?
你对什么过敏吗?
Wat is er gebeurd?
发生了什么事?
Ik heb medicijnen nodig.
我需要药物。
Hoe voelt u zich nu?
你现在感觉怎么样?
Ik heb koorts.
我发烧了。
Het doet pijn hier.
这里痛。
Heeft u iets voor de pijn?
你有止痛药吗?
Ik ben gevallen.
我摔倒了。
Laten we een afspraak maken bij de dokter.
我们去约一个医生吧。
Doe wat rustig aan.
放轻松一点。
Ik voel me al wat beter.
我感觉好多了。
Ik kan niet slapen.
我睡不着。
Wat moet ik doen?
我该怎么办?

9. Thuis en Huishouden (Home and Household)
Het huis moet nodig schoongemaakt worden.
房子真的需要打扫了。
Kun je mij helpen met afwassen?
你能帮我洗碗吗?
Hij repareert vaak dingen in huis.
他经常修理家里的东西。
Vandaag doe ik de boodschappen.
今天我去买日用品。
Waar is de afstandsbediening?
遥控器在哪里?
We zijn de zolder aan het opruimen.
我们正在整理阁楼。
Kan ik het raam openmaken?
我能把窗户打开吗?
De kattenbak moet verschoond worden.
猫砂盆需要清理了。
Wat een gezellige woonkamer hebben jullie!
你们的客厅真温馨!
Kun je de was ophangen?
你能晾衣服吗?
Welkom in mijn huis.
欢迎来我家。
Neem plaats.
请坐。
Waar is de badkamer?
洗手间在哪里?
Ik ruim mijn kamer op.
我在整理房间。
We gaan het huis schoonmaken.
我们要打扫房子。
Zet de televisie aan.
打开电视吧。
Mag ik het raam openen?
我可以开窗吗?
Het is hier warm/koud.
这里很热/冷。
Ik heb een sleutel nodig.
我需要一把钥匙。
Doe de deur op slot.
把门锁上。
Heb je de lamp uitgedaan?
你关灯了吗?
Kom hier, alsjeblieft.
请过来一下。
Wat eten we vanavond?
我们今晚吃什么?
Zorg dat je je huiswerk maakt.
记得做你的作业。
Ik ga naar bed. Welterusten!
我要睡觉了,晚安!
Heb je de tafel gedekt?
你把桌子摆好了吗?
Ik ben in de tuin.
我在花园里。
Kun je de afwas doen?
你可以洗碗吗?
Ik wil iets nieuws kopen voor in huis.
我想为家里买点新东西。
Het huis voelt gezellig.
这房子很温馨。

10. Vrije Tijd en Hobby's - Free time and hobbies
Wat doe je graag in je vrije tijd?
你在空闲时间喜欢做什么?
Ik lees graag boeken.
我喜欢看书。
We gaan vanmiddag fietsen.
我们今天下午去骑自行车。
Laten we een film kijken.
我们看电影吧。
Ik speel gitaar.
我弹吉他。
Heb je zin om te zwemmen?
你想去游泳吗?
Wat zijn je hobby's?
你的兴趣爱好是什么?
Ik kijk graag naar series.
我喜欢看连续剧。
Laten we een spelletje spelen.
我们玩个游戏吧。
Ik ga morgen naar het museum.
我明天去博物馆。
Ik houd van reizen.
我喜欢旅行。
Ik maak graag foto's.
我喜欢拍照。
Zullen we samen koken?
我们一起做饭吧?
Heb je de wedstrijd gezien?
你看比赛了吗?
Ik schilder graag in mijn vrije tijd.
我在空闲时喜欢画画。
11. Reizen en Vervoer - Travel and Transportation
Waar is het treinstation?
火车站在哪里?
Hoe laat vertrekt de trein?
火车几点出发?
Een enkeltje naar Amsterdam, alstublieft.
一张去阿姆斯特丹的单程票,谢谢。
Hoeveel kost een kaartje?
一张票多少钱?
Waar moet ik overstappen?
我在哪儿需要换乘?
De bus komt eraan.
公交车来了。
Ik wil een taxi bellen.
我想叫一辆出租车。
Mag ik hier parkeren?
我可以在这里停车吗?
Hoe kom ik naar de luchthaven?
我怎么去机场?
Kunt u me de weg wijzen?
你能告诉我路怎么走吗?
Ik ben verdwaald.
我迷路了。
Hoe lang duurt de reis?
这趟旅程要多长时间?
We zijn er bijna.
我们快到了。
Ik wil graag een hotel boeken.
我想预订一个酒店。
Heeft u een plattegrond van de stad?
你有城市地图吗?
Is er een bushalte in de buurt?
附近有公交车站吗?
De vlucht is vertraagd.
飞机晚点了。
We hebben een reservering gemaakt.
我们已经订好了。
Ik ga op vakantie.
我要去度假。
Het is hier prachtig!
这里真美!
Wat raad je aan om hier te doen?
你推荐这里做什么?
Moet ik een visum aanvragen?
我需要申请签证吗?
De bagage is kwijtgeraakt.
行李丢了。
Ik blijf hier drie nachten.
我在这里住三晚。
Heeft dit hotel wifi?
这家酒店有无线网吗?

12. Werk en Studie - Work and Study
Ik heb een sollicitatiegesprek.
我有一个求职面试。
Wat voor werk doe je?
你是做什么工作的?
Ik werk op kantoor.
我在办公室工作。
Ik ben druk bezig.
我很忙。
Heb je een pauze?
你有休息时间吗?
Hoe laat begin je met werken?
你几点开始工作?
Ik studeer nog.
我还在上学。
Wat studeer je?
你学什么专业?
Dit is mijn collega.
这是我的同事。
Ik zoek een nieuwe baan.
我正在找一份新工作。
Kan ik u helpen?
我能帮您吗?
Deze taak is moeilijk.
这项任务很难。
We hebben een vergadering.
我们有一个会议。
Hoe lang duurt het project?
这个项目要多长时间?
Ik heb het druk met mijn studie.
我正忙于学习。
Wanneer is de deadline?
截止日期是什么时候?
Ik moet mijn huiswerk afmaken.
我得完成作业。
Laten we een presentatie geven.
我们做一个演讲吧。
Ik ben klaar met mijn werk.
我完成我的工作了。
We werken in een team.
我们是团队合作的。

13. Emoties en Gevoelens - Emotions and Feelings
Ik ben blij.
我很高兴。
Ik voel me verdrietig.
我感觉很难过。
Ben je boos?
你生气了吗?
Ik ben trots op je.
我为你感到骄傲。
Dat is geweldig!
这太棒了!
Ik ben nerveus.
我很紧张。
Maak je geen zorgen.
不要担心。
Dat maakt me gelukkig.
那让我很开心。
Ik schaam me een beetje.
我有点害羞。
Ik vind het eng.
我觉得这很可怕。
Ik heb veel stress.
我压力很大。
Wat vervelend!
真烦人!
Het spijt me.
对不起。
Ik ben teleurgesteld.
我很失望。
Ik ben verliefd.
我恋爱了。
Ik begrijp het niet.
我不明白。
Dat was een opluchting!
真是松了一口气!
Ik voel me moe en leeg.
我感到累和空虚。
Waarom ben je zo stil?
你为什么这么安静?
Ik vertrouw je.
我信任你。
Ik ben zo blij voor je!
我真为你高兴!
Vandaag voel ik me een beetje moe.
今天我有点累。
Wat spannend, zeg!
真刺激啊!
Ze is heel verdrietig om wat er gebeurd is.
她对发生的事情很伤心。
Ik ben echt trots op je!
我真的为你感到骄傲!
Hij wordt snel boos om kleine dingen.
他很容易因为小事生气。
Maak je geen zorgen, het komt goed.
别担心,一切都会好的。
Dit maakt me ontzettend gelukkig.
这让我感到非常快乐。
Soms ben ik een beetje onzeker.
有时候我有点不自信。
Lachen is het beste medicijn.
笑是最好的良药。

14. Winkelen - Shopping
Hoeveel kost dit?
这个多少钱?
Heeft u dit in een andere kleur?
这个有其他颜色的吗?
Ik kijk alleen even, bedankt.
我只是看看,谢谢。
Is er een aanbieding vandaag?
今天有特价吗?
Ik wil graag contant betalen.
我想用现金付款。
Kan ik met pin betalen?
我可以刷卡付款吗?
Heeft u een grotere maat?
你有大一号的吗?
Ik wil dit graag passen.
我想试穿这个。
Waar zijn de paskamers?
试衣间在哪里?
Dat is te duur.
这太贵了。
Kunt u korting geven?
你能打折吗?
Dit is precies wat ik zoek.
这正是我想要的。
Ik wil graag een tasje.
我需要一个袋子。
De rij is lang bij de kassa.
收银台的队伍好长。
Heeft u nog wisselgeld?
你还有零钱吗?
Mag ik de bon?
我可以要收据吗?
Ik kom later terug.
我晚点再过来。
Ik heb geen kleingeld bij me.
我没有带零钱。
De winkel is gesloten.
店铺关门了。
Ik hou van winkelen!
我喜欢购物!

15. Het weer - Weather
Wat voor weer is het vandaag?
今天的天气怎么样?
Het is warm en zonnig.
天气很暖和,有阳光。
Het regent veel in Nederland.
荷兰经常下雨。
Ik neem een paraplu mee.
我带把伞。
Het sneeuwt!
下雪了!
Het waait hard vandaag.
今天风很大。
Het is koud buiten.
外面很冷。
Morgen wordt het beter weer.
明天天气会好一些。
De zon schijnt prachtig.
阳光很漂亮。
Wat een mooi weer!
多么好的天气啊!
Het is benauwd.
天气很闷热。
De temperatuur is onder nul.
温度在零下。
Het gaat onweren.
要打雷了。
Ik zie de regenboog.
我看到彩虹了。
Het weerbericht zegt dat…
天气预报说……
Ik hou van zomerse dagen.
我喜欢夏日的日子。
De lente begint.
春天来了。
In de herfst vallen de bladeren.
秋天树叶会落下。
Het wordt warmer deze week.
这个星期天气会变暖。
Heb je de storm gehoord vannacht?
你听到昨晚的暴风雨了吗?

16. Uit eten gaan - Dining Out
Mag ik de menukaart zien?
我可以看一下菜单吗?
Wat raadt u aan?
你推荐什么?
Ik wil graag een glas water.
我想要一杯水。
Hebben jullie vegetarische gerechten?
你们有素菜吗?
Mag ik de rekening, alstublieft?
请给我账单,谢谢。
Kan ik een tafel reserveren?
我可以预订一张桌子吗?
Het eten is heerlijk!
食物很好吃!
Het is te zout.
这个太咸了。
Ik ben allergisch voor noten.
我对坚果过敏。
Ik neem hetzelfde.
我也要一样的。
Is dit gerecht pittig?
这道菜辣吗?
De bediening is vriendelijk.
服务很好。
Kunt u een aanbeveling geven?
你能推荐一下吗?
We delen het eten.
我们分着吃。
Mag ik nog wat brood?
我可以再要些面包吗?
Hebt u een dessertkaart?
你们有甜点菜单吗?
Ik eet graag vis.
我喜欢吃鱼。
Kunt u het iets sneller maken?
你能做快一点吗?
Het eten komt eraan.
食物马上就来了。
Wat een gezellige sfeer hier!
这里的氛围真好!

17. Reizen - Traveling
Ik wil graag een enkeltje naar Amsterdam.
我想要一张去阿姆斯特丹的单程票。
Hoe laat vertrekt de trein?
火车几点出发?
Is dit de juiste bus?
这是正确的公交车吗?
Hoeveel kost een retourtje?
往返票多少钱?
Ik ben mijn paspoort kwijt.
我的护照丢了。
Waar is het dichtstbijzijnde station?
最近的火车站在哪里?
Heeft u een plattegrond?
你有地图吗?
Mag ik mijn bagage hier achterlaten?
我可以把行李放在这里吗?
Waar kan ik een taxi nemen?
我在哪里可以坐出租车?
Ik wil graag inchecken.
我想办理入住手续。
Ik heb een reservering gemaakt.
我有一个预订。
Hoeveel bagage mag ik meenemen?
我可以带多少行李?
Hoe laat moeten we uitchecken?
我们几点要退房?
Waar is de halte voor de tram?
有轨电车的站台在哪里?
Kan ik deze stoel reserveren?
我能预订这个座位吗?
De vlucht is vertraagd.
航班延误了。
Ik wil graag een auto huren.
我想租一辆车。
Heeft u hier gratis wifi?
这里有免费WiFi吗?
Dit uitzicht is prachtig.
这个景色很美。
Hoe kom ik bij het strand?
我怎么去海滩?
We blijven hier drie nachten.
我们在这里住三晚。
Wanneer vertrekt de volgende bus?
下一班公交车什么时候出发?
De trein heeft vertraging.
火车晚点了。
Kunt u mij de weg wijzen?
你能告诉我怎么走吗?
Is er een restaurant in de buurt?
附近有餐厅吗?

18.Familie en Relaties (Family and Relationships)
Hoe gaat het met je familie?
你的家人好吗?
Mijn zus is ouder dan ik.
我姐姐比我大。
We vieren morgen de verjaardag van mijn moeder.
我们明天庆祝我妈妈的生日。
Zijn ouders wonen ver weg.
他的父母住得很远。
Heb je broers of zussen?
你有兄弟姐妹吗?
Mijn opa en oma zijn altijd zo lief voor ons.
我的爷爷奶奶对我们总是很慈祥。
Ik hou heel veel van mijn gezin.
我非常爱我的家人。
Mijn nicht komt morgen op bezoek.
我的表妹明天要来拜访。
Mijn man en ik zijn twintig jaar getrouwd.
我和我丈夫结婚二十年了。
Familie is het belangrijkste in het leven.
家人是生命中最重要的。
Dit is mijn moeder.
这是我的妈妈。
Hij is mijn oudere broer.
他是我的哥哥。
Hoe oud is jouw zus?
你妹妹几岁了?
Wij hebben een grote familie.
我们的家庭很大。
Mijn opa woont alleen.
我的爷爷一个人住。
Heb je broers of zussen?
你有兄弟姐妹吗?
Mijn neefje is net geboren.
我的侄子刚出生。
Wij houden van familiefeesten.
我们喜欢家庭聚会。
Mijn tante kookt heel lekker.
我姨妈做饭很好吃。
Ik speel vaak met mijn neefjes.
我经常和我的外甥们玩。
Mijn ouders zijn al op vakantie.
我的父母已经去度假了。
Mijn nicht is getrouwd.
我的表妹结婚了。
Hoe gaat het met je oma?
你的奶奶最近怎么样?
We wonen dicht bij elkaar.
我们住得很近。
Mijn vader werkt hard voor ons gezin.
我的爸爸很努力工作,为了我们这个家。
Mijn familie steunt me altijd.
我的家人总是支持我。
We zien elkaar met Kerstmis.
我们在圣诞节见面。
Familie is belangrijk voor mij.
家人对我很重要。
Mijn opa vertelt altijd mooie verhalen.
我的爷爷总是讲有趣的故事。
Ze lijkt op haar moeder.
她长得很像她的妈妈。
We eten samen op zondag.
我们星期天一起吃饭。
Ik breng veel tijd door met mijn familie.
我和家人在一起的时间很多。
Mijn broer studeert nog.
我的弟弟还在上学。
Mijn zus is verhuisd naar een andere stad.
我的姐姐搬到了另一个城市。
We hebben een nieuwe baby in de familie!
我们家有一个新宝宝!

19. Hobbies - Hobbies and Free Time
Wat doe je graag in je vrije tijd?
你空闲时间喜欢做什么?
Ik hou van lezen.
我喜欢阅读。
Ik speel gitaar.
我弹吉他。
Sporten maakt me blij.
运动让我开心。
Schilderen is mijn favoriete hobby.
绘画是我最喜欢的爱好。
Ik fiets graag door het park.
我喜欢骑车穿过公园。
Laten we samen naar de film gaan.
我们一起去看电影吧。
Ik verzamel postzegels.
我收集邮票。
Mijn hobby is koken.
我的爱好是做饭。
Ik speel graag bordspellen.
我喜欢玩桌游。
Ik leer een nieuwe taal.
我在学一门新语言。
Zwemmen is ontspannend.
游泳很放松。
Ik maak graag foto's.
我喜欢拍照。
Bakken is zo leuk!
烘焙太有趣了!
Ik luister graag naar muziek.
我喜欢听音乐。
Yoga helpt me om rustig te blijven.
瑜伽帮助我保持平静。
Wandelen in de natuur is fijn.
在大自然中散步很舒服。
We hebben een nieuw boek gekocht.
我们买了新书。
Zal ik een taart bakken?
我来烤个蛋糕怎么样?
Laten we een puzzel maken!
我们一起拼图吧!

20. Eten en Drinken - Food and Drinks
Wat wil je eten?
你想吃什么?
Heb je honger?
你饿了吗?
Ik wil graag een broodje kaas.
我想要一个奶酪三明治。
Mag ik de menukaart, alstublieft?
请给我菜单,可以吗?
Ik neem een kop koffie.
我要一杯咖啡。
Wil je suiker of melk in je thee?
你的茶里要加糖还是牛奶?
De soep is lekker.
这汤很好喝。
Zullen we samen lunchen?
我们一起吃午饭吧?
Wat kost dit?
这个多少钱?
De rekening, alstublieft.
请给我账单。
Ik eet graag pasta.
我喜欢吃意大利面。
Dit is mijn favoriete gerecht.
这是我最喜欢的菜。
Kun je dit nog een keer maken?
你能再做一次这个菜吗?
Wat zit er in dit gerecht?
这道菜里有什么?
De pizza smaakt heerlijk.
披萨味道很棒。
Wil je nog wat meer?
你还要一点吗?
Nee, dank je. Ik zit vol.
不,谢谢,我饱了。
Ik houd van vers fruit.
我喜欢新鲜水果。
Lust je vis?
你喜欢吃鱼吗?
Proef dit eens!
尝尝这个吧!
Waar is het restaurant?
餐厅在哪里?
Ik heb dorst.
我渴了。
Drink je genoeg water?
你喝够水了吗?
De taart is zelfgemaakt.
这蛋糕是自制的。
Ik wil een ijsje.
我想要一个冰淇淋。
Hoeveel fooi geven we?
我们要给多少小费?
Het eten is klaar!
饭做好了!
Zullen we uit eten gaan?
我们出去吃饭吧?
Ik bak een taart voor je verjaardag.
我为你的生日烤个蛋糕。
Dit smaakt echt niet lekker.
这味道真的不好。
Eet smakelijk!
祝你用餐愉快!
Dit drankje is verfrissend.
这个饮料很清爽。

21. Gezondheid en Ziekte - Health and Sickness
Ik voel me niet zo goed.
我感觉不太舒服。
Wat scheelt er?
你哪里不舒服?
Ik ben verkouden.
我感冒了。
Heb je koorts?
你发烧了吗?
Neem wat rust.
多休息一下。
Ik ga even liggen.
我去躺一会儿。
Heb je pijn?
你疼吗?
Ik moet naar de dokter.
我需要去看医生。
Heb je medicijnen genomen?
你吃药了吗?
Ik hoest veel.
我咳嗽得很厉害。
Drink veel water.
多喝水。
Doe rustig aan.
别太累了。
Ik heb last van mijn rug.
我的背有点痛。
Heeft u iets tegen hoofdpijn?
你有治头疼的药吗?
Mijn keel doet pijn.
我的喉咙痛。
De dokter heeft me geholpen.
医生帮我看好了病。
Hoe lang ben je ziek?
你生病多久了?
Ik ben weer beter.
我康复了。
Rust uit en word snel beter!
好好休息,早日康复!
Ik moet naar het ziekenhuis.
我要去医院。
Ik heb een allergie.
我有过敏症。
Ik ben moe.
我累了。
Wanneer was je voor het laatst ziek?
你上次生病是什么时候?
Neem deze pillen drie keer per dag.
这些药一天吃三次。
Ik blijf vandaag thuis.
我今天待在家里。
Ik heb een gebroken arm.
我的胳膊骨折了。
Bel een ambulance!
叫救护车!
Het komt wel goed.
会好的。
Je ziet er moe uit.
你看起来很累。
Ik heb een afspraak bij de tandarts.
我预约了看牙医。
Hij moet naar de fysiotherapeut.
他得去看物理治疗师。
Slaap lekker en rust goed uit.
睡个好觉,好好休息。
Het doet echt pijn.
真的很痛。
Je bent bijna beter.
你快好了。
Zorg goed voor jezelf.
照顾好自己。
Ga je mee naar de apotheek?
你要去药店吗?
Het was een lange dag, ik ga naar bed.
这一天真累,我要睡觉了。
Ik heb genoeg geslapen en voel me beter.
我睡够了,感觉好多了。
22. Winkelen - Shopping
Waar is de supermarkt?
超市在哪里?
Hoeveel kost dit?
这个多少钱?
Hebben jullie dit in een andere maat?
你们有其他尺码的吗?
Ik kijk alleen even.
我只是看看。
Mag ik dit passen?
我能试试这个吗?
Het is te duur.
这太贵了。
Heb je ook iets goedkopers?
你有更便宜的吗?
Dit is precies wat ik zocht.
这正是我在找的。
Kunt u het inpakken als cadeau?
您能把它包装成礼物吗?
Ik wil graag contant betalen.
我想用现金付款。
Accepteren jullie creditcards?
你们接受信用卡付款吗?
Is er korting op dit artikel?
这个商品有折扣吗?
Waar zijn de paskamers?
试衣间在哪里?
Heeft u wisselgeld?
您有零钱吗?
Kan ik de bon krijgen?
我能拿收据吗?
Het staat je goed!
这个很适合你!
Ik wil iets terugbrengen.
我想退货。
Dit werkt niet.
这个坏了。
Waar is de klantenservice?
客户服务台在哪里?
Dit is in de aanbieding.
这个正在打折。
Hoeveel kost dit?
这个多少钱?
Kunnen we dit in een andere maat krijgen?
我们可以有其他尺寸的吗?
Ik zoek een cadeau voor mijn vriendin.
我在找给我女朋友的礼物。
Zijn er vandaag speciale aanbiedingen?
今天有特别优惠吗?
Deze winkel is elke zondag gesloten.
这家商店每周日都关门。
Kan ik dit ruilen als het niet past?
如果不合适,我可以换吗?
Heb je een klantenkaart?
你有会员卡吗?
De tas is heel duur, maar hij is het waard.
这个包很贵,但很值得。
Mag ik met de pin betalen?
我可以用银行卡付款吗?
Hoe laat sluit de winkel?
商店什么时候关门?

23. Vakantie en Reizen (Holidays and Travel)
We gaan deze zomer naar Spanje.
今年夏天我们去西班牙。
Heb je al vakantieplannen?
你有度假计划了吗?
De reis duurde langer dan verwacht.
这次旅行比预想的时间要长。
We hebben genoten van het mooie weer.
我们享受了美好的天气。
Dit hotel heeft een prachtig uitzicht.
这家酒店的景色很美。
Ik wil graag meer van de wereld zien.
我想看到更多的世界。
Hoe laat vertrekt het vliegtuig?
飞机什么时候起飞?
Kun je een kaart voor mij kopen?
你能帮我买一张地图吗?
Hij wil altijd avontuurlijke reizen maken.
他总是想去冒险旅行。
Wat is jouw favoriete vakantiebestemming?
你最喜欢的度假地点是哪儿?
Ik wil een ticket boeken.
我想订一张票。
Hoe laat vertrekt de trein?
火车几点出发?
Ik ben de weg kwijt.
我迷路了。
Waar is de bushalte?
公交车站在哪里?
Kunt u me de weg wijzen?
您能给我指个路吗?
Hoe kom ik bij het vliegveld?
我怎么去机场?
Wat is het adres?
地址是什么?
Is dit de goede richting?
这是正确的方向吗?
Hoeveel kost een retourticket?
往返票多少钱?
Hoe lang duurt de reis?
旅程需要多久?
Waar kan ik een fiets huren?
我在哪里可以租自行车?
Ik wil graag een taxi bellen.
我想叫一辆出租车。
Waar kan ik parkeren?
我能在哪里停车?
Is dit mijn halte?
这是我的站点吗?
Wanneer komt de volgende bus?
下一班公交什么时候来?
Hoe laat kom je aan?
你几点到?
Wat een mooie plek!
这里真是个美丽的地方!
Ik heb vertraging.
我耽误了。
Waar kan ik de tickets kopen?
我在哪里可以买票?
Laten we gaan wandelen.
我们去散步吧!

24. Familie en Vrienden - Family and Friends
Dit is mijn familie.
这是我的家人。
Hoe gaat het met je ouders?
你的父母好吗?
Dit is mijn beste vriend.
这是我最好的朋友。
Heb je broers of zussen?
你有兄弟姐妹吗?
Wij lijken op elkaar.
我们长得很像。
Ze zijn altijd heel behulpzaam.
他们总是很乐于助人。
Mijn grootouders wonen ver weg.
我的祖父母住得很远。
Kom je vanavond bij ons eten?
你今晚来我们家吃饭吗?
We gaan samen op vakantie.
我们一起去度假。
Familie is belangrijk voor mij.
家庭对我很重要。
Mijn nichtje is heel slim.
我的小侄女很聪明。
We hebben plezier samen.
我们在一起很开心。
Zijn dit jouw kinderen?
这是你的孩子吗?
Mijn zus is ouder dan ik.
我的姐姐比我大。
Het is een grote familie.
这是一个大家庭。
Ik mis mijn familie soms.
有时我很想念我的家人。
Laten we iets leuks doen.
我们做点有趣的事情吧!
Hij is altijd eerlijk tegen me.
他对我总是很诚实。
Waar woont je familie?
你的家人住在哪里?
We zijn vrienden sinds de basisschool.
我们从小学起就是朋友了。

25. Vrije Tijd en Hobby's - Leisure and Hobbies
Wat doe je in je vrije tijd?
你在空闲时间做什么?
Ik lees graag boeken.
我喜欢读书。
Houd je van muziek luisteren?
你喜欢听音乐吗?
Laten we samen iets bakken.
我们一起烤点东西吧。
Ik houd van schilderen.
我喜欢画画。
Heb je een favoriete hobby?
你有什么爱好吗?
Laten we gaan sporten.
我们去运动吧!
Ik wil graag leren dansen.
我想学跳舞。
We kunnen een film kijken.
我们可以看电影。
Speel je vaak videogames?
你经常玩电子游戏吗?
Mijn hobby is fotografie.
我的爱好是摄影。
Ik geniet van fietsen.
我喜欢骑自行车。
Kun je gitaar spelen?
你会弹吉他吗?
We gaan wandelen in het park.
我们去公园散步吧。
Ik verzamel graag postzegels.
我喜欢收集邮票。
Ik ben lid van een sportclub.
我是一个体育俱乐部的成员。
Hoe vaak ga je naar de bioscoop?
你多久去一次电影院?
Ik maak zelf kleding.
我自己做衣服。
Hij houdt van tuinieren.
他喜欢园艺。
Zullen we samen koken?
我们一起做饭好吗?
Ik lees graag boeken in mijn vrije tijd.
我在空闲时间喜欢读书。
Welke hobby's heb jij?
你有什么爱好?
Hij houdt van muziek luisteren.
他喜欢听音乐。
Wij gaan graag samen wandelen in het park.
我们喜欢一起在公园散步。
Schilderen is mijn favoriete bezigheid.
绘画是我最喜欢的活动。
Hou je van sporten?
你喜欢运动吗?
Zij kijken elke avond naar een serie.
他们每天晚上都会看电视剧。
Mijn vader vist graag in het weekend.
我父亲喜欢周末去钓鱼。
Heb je een hobby die je samen met anderen doet?
你有和别人一起做的爱好吗?
We gaan binnenkort op kampeeravontuur.
我们很快会去露营探险。


26. Weer en Seizoenen - Weather and Seasons
Wat voor weer is het vandaag?
今天天气怎么样?
Het regent buiten.
外面在下雨。
Het is koud vandaag.
今天很冷。
Ik houd van de lente.
我喜欢春天。
Is het warm bij jullie?
你那里暖和吗?
De zon schijnt helder.
阳光明媚。
Het sneeuwt in de winter.
冬天会下雪。
Het is vandaag erg winderig.
今天风很大。
Wat een prachtig weer!
今天天气真好!
Het wordt morgen warmer.
明天会暖和一些。
Ik houd niet van storm.
我不喜欢暴风雨。
De herfstbladeren zijn mooi.
秋天的树叶很漂亮。
Het wordt donker vroeg in de winter.
冬天天黑得早。
Vandaag is het bewolkt.
今天是阴天。
Hoeveel graden is het buiten?
外面多少度?
Ik wil een sneeuwpop maken!
我想堆雪人!
Het is een heerlijke zomerdag.
今天是个美好的夏日。
De temperatuur daalt snel.
温度下降得很快。
We hebben een paraplu nodig.
我们需要一把雨伞。
Laten we genieten van de zon.
我们享受阳光吧!

27. Vakantie en Hotels - Holiday and Hotels
Ik ga op vakantie.
我要去度假。
Hebben jullie een hotel geboekt?
你们订了酒店吗?
Hoeveel nachten blijven jullie?
你们住几晚?
Waar is de receptie?
前台在哪里?
We willen graag inchecken.
我们想办理入住。
Heeft de kamer wifi?
房间里有无线网吗?
Het zwembad ziet er mooi uit.
游泳池看起来不错。
Wat een prachtig uitzicht!
风景真美!
Zijn huisdieren toegestaan?
允许带宠物吗?
We gaan vandaag sightseeing doen.
我们今天去观光。
Kan ik een taxi bellen vanaf hier?
我能从这里叫出租车吗?
Hoeveel kost een overnachting?
住一晚多少钱?
Waar is het ontbijtbuffet?
自助早餐在哪里?
Ik wil graag mijn kamer veranderen.
我想换个房间。
Waar is het dichtstbijzijnde strand?
最近的海滩在哪里?
We hebben veel foto's gemaakt.
我们拍了很多照片。
Is er een spa in dit hotel?
这个酒店有温泉吗?
Wat zijn de check-out tijden?
什么时候退房?
Ik heb van de vakantie genoten.
我很享受这次度假。
Ik wil hier graag terugkomen.
我想再来这里。

28. Conversatie met ouders
Hoe gaat het met uw kind?
您的孩子怎么样?
Ik leer Nederlands, dus ik probeer veel te oefenen!
我正在学习荷兰语,所以我尽量多练习!
Vindt u deze school ook leuk?
您也喜欢这所学校吗?
Hoe oud is uw kind?
您的孩子多大了?
(Mijn kind is zes jaar oud.)
(我的孩子六岁了。)
In welke klas zit uw kind?
您的孩子在哪个班?
(Mijn kind zit in groep 3.)
(我的孩子在三年级。)
Heeft uw kind het naar zijn/haar zin op school?
您的孩子在学校过得愉快吗?
(Ja, hij/zij vindt het erg leuk!)
(是的,他/她非常喜欢!)
Doet uw kind ook mee met naschoolse activiteiten?
您的孩子也参加课外活动吗?
(Nee, nog niet. Maar ik ga het binnenkort vragen.)
(还没有。不过我打算尽快问一下。)
Woont u hier al lang?
您在这里住很久了吗?
(We wonen hier nu drie jaar.)
(我们已经在这里住了三年。)
Ik probeer mijn Nederlands te oefenen, dus ik maak misschien wat fouten.
我正在练习荷兰语,所以可能会犯一些错误。
Dank u wel voor uw geduld!
感谢您的耐心!
Het is leuk om andere ouders te leren kennen.
认识其他家长很愉快。
Wat fijn dat de kinderen hier zo veel leren.
孩子们在这里学到这么多真是太好了。
29. School en Studie (School and Study)
Wat is jouw favoriete vak?
你最喜欢的学科是什么?
De les begint om acht uur 's ochtends.
课程早上八点开始。
Ik moet mijn huiswerk nog maken.
我还需要做我的作业。
Welke boeken hebben we nodig voor de les?
上课需要哪些书?
Hij heeft vandaag een belangrijke toets.
他今天有一场重要的考试。
De leraar legde alles heel goed uit.
老师讲解得很清楚。
Wat wil je later worden als je groot bent?
你长大后想做什么?
Ik wil graag mijn Nederlands verbeteren.
我想提高我的荷兰语水平。
Kun je me helpen met wiskunde?
你能帮我数学吗?
We hebben vandaag een groepsopdracht.
我们今天有一个小组作业。

30. Werk en Beroep (Work and Profession)
Wat voor werk doe jij?
你是做什么工作的?
Zij werkt als verpleegster in een ziekenhuis.
她在一家医院当护士。
Hoe laat begint jouw werkdag?
你几点开始工作?
Mijn baas is vandaag niet op kantoor.
我的老板今天不在办公室。
Ik heb een sollicitatiegesprek volgende week.
我下周有一个面试。
Wat zijn jouw sterke punten?
你的优势是什么?
De vergadering duurt ongeveer een uur.
会议大约持续一个小时。
Ik werk fulltime, maar zij werkt parttime.
我全职工作,但她兼职。
Het salaris wordt elke maand uitbetaald.
工资每个月发一次。
We hebben leuke collega's in ons team.
我们团队里的同事很友好。

31. Gezondheid en Medisch (Health and Medical)
Hoe voel je je vandaag?
你今天感觉怎么样?
Ik heb een afspraak bij de dokter.
我和医生有预约。
Mijn rug doet de laatste tijd pijn.
我最近背部疼。
Heb je een verzekering voor de zorg?
你有医疗保险吗?
De apotheek is om de hoek.
药店就在拐角处。
Heb je koorts of alleen een verkoudheid?
你是发烧还是只是感冒?
Neem twee keer per dag deze medicijnen.
每天服用两次这种药物。
Het is belangrijk om gezond te eten.
健康饮食很重要。
Zij hebben het ziekenhuis verlaten.
他们离开了医院。
Ik ben allergisch voor noten.
我对坚果过敏。

32. Technologie en Internet (Technology and Internet)
Heb je de nieuwe update al geïnstalleerd?
你已经安装了最新的更新吗?
Mijn telefoon heeft geen batterij meer.
我的手机没电了。
Welke apps gebruik je dagelijks?
你每天使用哪些应用?
Hij werkt als programmeur bij een groot bedrijf.
他在一家大公司当程序员。
De wifi doet het niet.
无线网络不好用。
Kun je mij helpen met het instellen van mijn computer?
你能帮我设置我的电脑吗?
Hoeveel kost die nieuwe telefoon?
那部新手机多少钱?
Zij heeft net een blogpost gepubliceerd.
她刚刚发表了一篇博文。
Ik besteed te veel tijd op sociale media.
我花太多时间在社交媒体上。
Mijn laptop is oud en werkt traag.
我的笔记本电脑很旧,运行很慢。

33. Algemeen Gebruik (General Usage)
Kun je dat herhalen, alsjeblieft?
你能重复一遍吗?
Ik begrijp het niet. Kun je het uitleggen?
我不明白。你能解释一下吗?
Waar is het toilet?
洗手间在哪里?
Dank je wel voor alles!
非常感谢你的一切!
Wie is er aan de beurt?
轮到谁了?
Dat vind ik een goed idee.
我觉得这是个主意。
Ik zou graag een koffie willen, alstublieft.
我想要一杯咖啡,谢谢。
Hoe laat is het nu?
现在几点了?
Sorry, ik ben een beetje te laat.
对不起,我迟到了。
Waar ben je nu?
你现在在哪儿?

您需要登录后才可以回帖 登录 | 注册

本版积分规则

快速回复 返回顶部 返回列表

关于此网站上的Cookie

我们使用 Cookie 来个性化和改善您在我们网站上的使用体验,了解您如何使用本网站和为您提供量身定制的广告或咨询。 如果您继续使用我们的网站,即代表您同意我们使用 Cookie政策。 请访问我们Cookie条款隐私条款,了解最新内容。

接受