1. 一般现在时
一般现在时常用来表示正在进行或经常发生的动作以及目前的状态。例如:
Ik ga vaak naar de biliotheek.
一般现在时的句子中,主要动词只需要根据主语的人称和数量进行变化。
2. 一般过去时
一般过去时常用来表示过去经常发生的动作或过去的状态。例如:
Ik ging vroeger vaak naar de bibliotheek.
一般过去时的句子中,主要动词使用过去式形式。
3. 现在完成时
现在完成时常用来表示已经完成的动作或结束的状态。例如:
Ik ben vandaag naar de bibliotheek geweest.
Ik heb daar twee boeken gelezen.
现在完成时的句子一般通过助动词hebben或zijn加上另一动词的过去分词构成。
4. 一般将来时
一般将来时常用来表示将要发生的动作。例如:
Ik ga morgen naar de bibliotheek.
Ik zal daar een paar boeken lezen.
一般将来时可通过助动词zullen或gaan加另一动词的原形来构成,也可使用一般现在时表示将来发生的动作。
1. 疑问句
用以提出问题的句子称为疑问句,疑问句分为普通疑问句和特殊疑问句两类。
1) 普通疑问句
将主语和谓语倒装就构成了普通疑问句,相当于中文的“……吗?”。例如:
Hij is student.
该句为肯定句。
Is hij student?
主谓倒装构成了疑问句。
2) 特殊疑问句
以疑问句开头的句子称为特殊疑问句,此类句子的基本结构为:
疑问词+谓语动词+主语+句子其他成分
例如:
Waar is hij?
Wat doe je graag in je vrije tijd?
2. 否定句
1) 用“geen”构成否定句
否定词“geen”表示“不”或“无”,专用在不特指的名词前构成否定句。例如:
Ik ben geen docent.
Ik ben geen auto.
2) 用“niet”构成否定句
否定词“niet”也表示“不”或“无”,用在形容词、动词或特指的名词前构成否定句。例如:
Dit is niet mijn fiets.
Mijn fiets is niet zwart.
3. 被动句
由动作的接受者作为主语、表示被动关系的句子称为被动句。被动句基本结构为:
主语(动作的接受者)+助动词worden或zijn+其他成分+动词过去分词
例如:
Deze vogels worden "koekoek" genoemd.
De keuken is door Thom schoogemaakt.
4. 祈使句
以动词直接开头、用以提出请求或发成命令的句子称为祈使句。例如:
Kom hier!
Gaat u zitten!
祈使句中使用代词u显得更有礼貌。祈使句中还常使用“maar”、“even”或“eens”等语气词以弱化命令语气,表现出礼貌和尊重。
5. 感叹句
表达强烈感叹语气的句子称为感叹句。感叹句基本结构为:
感叹词Wat+谓语动词+主语+其他成分
例如:
Wat heeft u een mooi huis!
Wat loopt hij snel!
1. 主句词序
主句是指没有关联词,或以en、of、want、dus、maar这五个主句关联词引导的句子。主句有正常词序和倒装词序两种。
1) 正常词序
正常词序的特点是:以主语开头,主语后紧接谓语动词,然后再接时间状语和宾语等其他句子成分。例如:
Ik maak morgen een tentamen.
2) 倒装词序
倒装词序的特点是:以时间状语、宾语等开头,谓语动词紧接句首的成分,然后再出现主语和其他句子成分。例如:
Morgen maak ik een tentamen.
2. 从句词序
从句是指由en、of、want、dus、maar这五个主句关联词以外的关联词引导的句子。常见的从句关联词有als、wanneer、omdat等。从句词序最重要的特点是所有动词都出现在词尾。例如:
Ik ga naar de bibliotheek als ik tijd heb.